In 1877 deed ARTIS met dit terrein haar 12e en voorlopig laatste grondaankoop, om er een Aquariumgebouw op te zetten. G.B. Salm, eerder al de architect van onder andere de ARTIS-Bibliotheek en de Ledenlokalen, ontwierp het bouwwerk. In de ornamentiek is hier en daar de hand van zijn toen in Parijs studerende zoon Abraham Salm te herkennen.

Aquaristiek

Steunend op 1740 houten palen, kon het gebouw meer dan een miljoen liter water bevatten. Ook werd er een gewicht van tien ton aan glasruiten in verwerkt. De latere ARTIS-directeur C. Kerbert zorgde voor de essentiële aquaristiek, met name de filtering van het water. Van waterkoeling of -verwarming was in die tijd amper sprake; pas na de Eerste Wereldoorlog kwam hiertoe een forse kolenkachel in gebruik.  

Tentoonstellingsruimte

Een aantal ruimtes was bestemd voor de Zoölogische faculteit van de Universiteit van Amsterdam. Het sfeervolle Heimans Diorama (1926) bevond zich lange tijd op de plaats van de vroegere collegezaal van de UvA. De hoogleraarskamers dragen de namen van de professoren nog op de deur. Een deel van de tentoonstellingsruimte is nu nog steeds in functie.

Heropening

In 1997 is het gebouw feestelijk heropend, na grondige restauraties in de oorspronkelijke stijl en een uitbreiding met vier moderne mammoetbakken waar water "biotopen" in zijn ondergebracht. Door het Aquarium stroomt nu 1,3 miljoen liter water, waarvan 880.000 liter zout water en 420.000 liter zoet water. Er leven tropische vissen als de roodbuikpiranha en de regenboogvis, maar ook zeepaardjes, bedreigde koraalsoorten en haaien.

Geadopteerd

Höegh Autoliners heeft het zeewater in het Aquarium geadopteerd, ORAM het koraal,  Waternet is adoptant van de Amsterdamse gracht en Waterschap Amstel, Gooi en Vecht is adoptant van de nieuwe opstelling over plastic in de Amsterdamse gracht.

Is geadopteerd door: