Mandril Mandrillus sphinx
De mandril is na de mensapen de grootste aap ter wereld.
De mandril wordt ook wel woudduivel genoemd.
De mandril in vogelvlucht
- eet
- knollen, wortels, maar ook kleine zoogdieren, insecten
- komt uit
- tropische regenwouden van West-Afrika
- uitblinker in
- groepsleven
Opvallend uiterlijk
De mandrilman is aan voor- en achterkant gesierd met hardblauwe en felrode tinten. Zijn snuit ziet eruit als een bijzonder masker met lichtblauwe, ingegroefde strepen, felrode neus en lippen en de grauwwit tot geelachtige baard. Hij dankt er zijn bijnaam aan: woudduivel. De felle kleuren dienen om vrouwtjes te imponeren en vijanden af te schrikken.
Groepsdier
Mandrillen leven in groepen van ongeveer 20 dieren die vooral uit vrouwtjes bestaan. Aan het hoofd van de groep staat één dominante man, die ook als enige met de vrouwtjes mag paren. Overdag zoeken mandrillen hun eten op de bosbodem, maar 's nachts zoeken ze veiligheid hoog in de bomen.
Bedreigd
De mandril wordt bedreigd omdat de lokale bevolking mandrillen eet. Voor hen is dit zogenaamde ‘bushmeat’ de enige beschikbare (kosteloze) bron van eiwitten. Onder bushmeat valt niet alleen de mandril, maar ook dieren zoals de gorilla, chimpansee en olifant.