De grote mara leeft in de centrale en zuidelijke regio’s van Argentinië. Dit gebied bestaat uit veel verschillende leefomgevingen variërend van woestijn tot doornige struikgewassen. Grote mara’s graven holen in open grasvlaktes. Zo beschermen ze zichzelf tegen roofdieren en kunnen ze hen goed in de gaten houden. Ze leven vaak in de buurt van schapenkuddes, omdat ze dezelfde voorkeur voor leefomgeving hebben.

Wat eet hij het liefst?

Mara’s zijn herbivoren; ze eten gras, planten fruit en zaden. Ze eten alleen de toppen van grassprieten. Hierdoor raken de voedselbronnen snel uitgeput en grazen ze verder over de vlaktes. In de verschillende leefgebieden hebben mara’s verschillende samenstellingen van diëten. Ze passen het eetpatroon aan de omgeving aan, omdat de beplanting in de gebieden varieert.

Voor altijd samen

Mara’s zijn monogame dieren. Een paar blijft meestal hun hele leven samen. Het mannetje beschermt het vrouwtje tegen roofdieren en andere gevaren, overal waar ze gaat. Buiten de voortplantingstijd hebben ze weinig contact met soortgenoten. Als de jongen geboren worden, leven ze in grotere groepen, waar ze hun jongen in een gezamenlijk hol groot brengen. De eerste zes weken blijven de jongen in dit gezamenlijke hol. De vrouwtjes komen daar om de beurt eens per etmaal om hun jongen verzorgen.