None

Een streepje voor

Aan het woord: ARTIS-dierverzorger Job van Tol.

Mensen vragen wel eens of ik een lievelingsdier heb. Het meest nobele antwoord is natuurlijk ´nee´, gevolgd door: ‘Ze zijn me allemaal even lief.’ Maar dat is niet zo, er zijn dieren die net iets dichter onder je huid kruipen. Het telt wat je samen met een dier hebt meegemaakt. Ik werk zestien jaar in ARTIS, en er zijn dieren die er al die tijd bij waren. Samen oud worden kan ook gerust met een dier.

Iedere morgen tijdens het voeren geef ik een knikje aan de oudste pinguïn uit de kolonie. Het vierendertigjarige vrouwtje loopt niet meer zo makkelijk, maar komt nog zelfstandig haar vis bij me halen. In het broedseizoen bouwt ze een nest, en ze legt zelfs nog wel eens een ei. Stiekem is ze mijn mijn lievelingspinguïn. Bij lievelingsdieren denk ik ook aan de aasgier van achtenvijftig die zijn laatste jaren doorbracht tussen de uilen, dat was een rustig plekje. De gele rimpels rond zijn snavel namen hoe ouder hij werd toe. Maar wanneer ik een vers struisvogelei neerlegde, dan tikte hij hem als een kind met een voetbal net zo vaak tegen de oude waterput in het verblijf tot er een barst in kwam. Aan spelen kleeft geen leeftijd.

Grevy-zebra's_R_1920x1080.jpg

Ik zit in de kantine als mijn collega van de Savanne me aantikt. De zin ‘als je afscheid wilt nemen, dan mag je langskomen in de stal’ moet even bij me indalen. ‘Het is mooi geweest’, zegt ze even later ook nog. Ik knik. Na de pauze staan we in de stal. Voor me zie ik de zebra die ik tot mijn selecte gezelschap van ‘lievelingen’ schaar. Ze staat druk hooi te eten. Zo ken ik haar. In alle jaren waarin ik één dag per week de Savanne verzorgde heb ik de zebra’s vele keren voor het schoonmaken op stal gehaald. Als traktatie kregen ze een stukje paardenkoek. Mijn lievelingszebra was daar nogal happig op. Druk stampte ze met haar hoef op de stalvloer om aan te geven dat ik haar toch echt als eerste zo’n koek moest geven. Dat deed ik dan maar braaf en gaf daarna de rest van de kudde. Vervolgens luisterde ik naar hoe de koek door haar kiezen werd vermalen, een geluid dat te vergelijken is met voetstappen die over een grindpad lopen. Ondertussen telde ik haar strepen van hoef tot hals. Een uniek strepenpatroon dat bij elke zebra anders is.

Ik kijk naar haar in de stal en zie aan de stand van de poten dat achter haar sierlijke zwart witte strepen de leeftijd verscholen ligt. Vijfentwintig is ze. Grévy-zebra’s kunnen ouder worden, maar net als bij mensen geldt dat niet voor allemaal. ‘Je bent zo oud als je je voelt’, wordt gezegd. Ook daar moet een dierverzorger rekening mee houden. En soms moet je durven zeggen: ‘het is mooi geweest, de koek is op’. Acht veulens heeft ze op de wereld gezet, twee daarvan zijn inmiddels zelf moeder geworden. Duizenden kinderen zagen dankzij haar voor het eerst een zebra. En veel dierverzorgers hebben haar liefgehad. Ik snij een appel in vier parten en geef ze stukje voor stukje. Dan verlaat ik de stal en ga aan het werk. Alles gaat door, maar in de herinnering houdt deze zebra bij mij altijd een streepje voor.

Job van Tol pinguin_1920x1080.jpg

Dit verhaal is door ARTIS-dierverzorger Job van Tol opgetekend als column in het magazine  Hollands Glorie .