De tokèh komt voor in een groot gedeelte van Zuidoost-Azië. Hij leeft in bomen in het tropisch regenwoud, maar ook tussen rotsen en in stedelijke gebieden, waar hij voorkomt in tuinen en in en rond het huis. Het is een nachtdier, dus overdag zal hij zich vooral verscholen houden. Vaak kiest hij een vaste plek, bijvoorbeeld in de buurt van kunstlicht lampen waar insecten op af komen.

Wat eet hij graag?

Insecten zijn de voornaamste voedselbron van de tokèh, zoals sprinkhanen, krekels en kakkerlakken. Soms eet hij ook kleine gewervelde dieren.

To-kèh

De tokèh dankt zijn naam aan het geluid dat hij maakt. Het mannetje bakent zijn territorium af door meerdere malen een hard geluid te produceren dat klinkt als 'to-kèh'.

Slimme trucs

De tokèh kan zijn vijanden op verschillende manieren te slim af zijn. Zo kan hij de kleur van zijn huid donkerder of juist lichter maken, waardoor hij beter is gecamoufleerd in zijn omgeving. Ook kan de tokèh zijn staart afstoten als een vijand die te pakken krijgt, waardoor hij kan ontsnappen. Het duurt ongeveer drie weken tot zijn staart weer is aangegroeid.

Lopen over het plafond

Een gekko kan zich aan verticale oppervlakten hechten en zelfs over het plafond lopen. Het geheim van deze uitzonderlijke ‘plakkracht’ schuilt in zijn tenen. De tenen bezitten aan de onderkant hechtlamellen, deze zorgen voor een oppervlaktevergroting van het teenoppervlak. Hierdoor heeft de gekko zoveel grip dat hij met evenveel gemak over het plafond lopen, als over de grond.