De ringstaartmaki leeft in de bossen van Madagaskar. Hij ligt 's ochtends graag in de zon. Daarna gaat hij op zoek naar voedsel, totdat hij 's middags, als de temperatuur het hoogst is, weer even rust neemt.

Wat eet hij graag?

Het liefst eet de ringstaartmaki fruit, bloemen en bladeren, maar soms ook dierlijk voedsel.

Daar zit een luchtje aan

De ringstaartmaki heeft geurklieren op de polsen en op het achterwerk. Het mannetje heeft ook geurklieren in de oksels. Boven de geurklieren is de huid verhoornd, waardoor hij de geuren goed op bijvoorbeeld boomstammen kan wrijven. Het vrouwtje zet geursporen uit om mannetjes aan te trekken. Als een mannetje het geurspoor van een vrouwtje tegenkomt dan geeft hij zelf vaak ook een geurtje af. Dit is om te voorkomen dat andere mannetjes merken dat er een vrouwtje in de buurt is dat bereid is om te paren. Ook het vrouwtje brengt geursporen aan over de sporen van andere vrouwtjes.

Timing is belangrijk

De vrouwelijke halfaap is alleen bereid om te paren als ze vruchtbaar is. De vruchtbare periode van halfapen is maar heel kort. Paringen vinden plaats in april tot juni en de geboorte vindt plaats in augustus of september. Er wordt meestal 1 jong geboren, maar tweelingen zijn niet ongewoon. Na de geboorte klimt het jong op de buik van de moeder en wordt zo continu door de moeder meegedragen.

Halve of hele apen?

De ringstaartmaki behoort net als de dwergmuismaki en de rode vari tot de halfapen. Halfapen zijn geen apen, maar delen wel dezelfde orde: ze behoren allebei tot de primaten. Ze vormen een aparte ‘onderorde’, de Strepsirrhini.  Halfapen zijn primitieve primaten: ze zijn minder intelligent en hebben onder andere kleinere hersenen en een langere snuit. Halfapen en apen kom je nauwelijks samen tegen. Op Madagaskar komen alleen halfapen voor, waardoor zij geen concurrentie van apen hebben. In gebieden waar apen en halfapen wel samen voorkomen zijn de halfapen bijna alleen ’s nachts actief, terwijl de apen echte dagdieren zijn. 

Is geadopteerd door: